24 september 2021Het in stand houden van de verhuurderheffing is het ontkennen van de wooncrisis. Zo reageert de Woonbond op de deal bij de Algemene Politieke Beschouwingen waarin de verhuurderheffing slechts met 500 miljoen wordt gekort in plaats van afgeschaft. Daarmee wordt er met de heffing komend jaar opnieuw voor een miljard uit de sociale huursector opgehaald. Huurders blijven te hoge huren betalen, en woningzoekenden blijven lang wachten op een beschikbare huurwoning. Het is teleurstellend dat de huidige demissionaire coalitie ervoor kiest om de sociale huursector voor het zoveelste jaar op rij uit te persen. De urgentie om te zorgen voor betaalbare huren, goede woningen en het aanpakken van het tekort aan betaalbare huurwoningen is er duidelijk niet. De verhuurderheffing heeft huurders sinds de invoering al meer dan 11 miljard euro gekost. Zonder die heffing waren de huren minder hard gestegen én hadden corporaties meer kunnen bouwen. Woonbonddirecteur Zeno Winkels: ‘De jaren na de invoering van de heffing stegen de huren jaarlijks met zo’n vijf procent terwijl de nieuwbouw door corporaties halveerde. Het is onbegrijpelijk dat de demissionaire coalitie nog een jaar door wil op deze doodlopende weg. Met desastreuze gevolgen voor huurders en woningzoekenden. Het is belachelijk dat terwijl bijna alle partijen van de heffing af willen, huurders opnieuw de rekening krijgen gepresenteerd.’
De Woonbond roept huurders en woningzoekers op naar de landelijke demonstratie tegen de wooncrisis te komen,
de woonopstand (externe link) in Rotterdam op 17 oktober. Dat is de tweede landelijke demonstratie voor het recht op betaalbaar wonen. Op het woonprotest in Amsterdam kwamen eerder al 15.000 mensen af.